Hoefkatrolontsteking is een pijnlijke aandoening, waar je paard veel last van kan hebben.
De symptomen zijn echter niet snel duidelijk, waardoor er kans op ernstige schade bestaat. Zit dit in het bot, dan is de prognose slecht.
Wat is een hoefkatrolontsteking?
Hoe herken je dit pijnlijke probleem?
En kan je paard hieraan behandeld worden?
Lees hier alles over hoefkatrolontsteking.
Wat is hoefkatrolontsteking?
Een hoefkatrolontsteking wordt ook wel podotrochleose genoemd. Deze aandoening heeft te maken met het correct functioneren van de paardenvoeten.
Boven de achterzijde van het hoefbeen, het grootste stuk bot onderin de voet, zit een klein botje dat we het ‘straalbeen’ noemen. Aan de achterkant van dit botje zit het ‘hoefkatrol’, waarlangs een belangrijke pees loopt.
Problematiek in dit gedeelte van de hoef wordt hoefkatrolontsteking genoemd. Welke problematiek bedoelen we hierbij?
De voet bestaat onderin uit het hoefbeen, vanwaar een sterke pees omhoog loopt langs het hoefkatrol. Deze pees heet de ‘diepe buigpees’, ook wel ‘diepe buiger’ genoemd. Deze maakt het mogelijk om de hoef naar binnen te buigen bij het optillen van de voet.
Tussen deze pees en het straalbeen zit een slijmbeurs en laagje kraakbeen, zodat het geheel soepel kan bewegen. Gaat er in dit mechanisme iets mis, dan kan dit gediagnosticeerd worden als hoefkatrolontsteking.
Er kan echter ook een probleem ontstaan in één of meerdere van de verschillende hoefonderdelen, zoals:
- Diepe buigpees
- Hoefkatrol (achterste straalbeen)
- Straalbeen
- Kraakbeenlaag tussen de hoefkatrol en buigpees
- Slijmbeurs tussen de hoefkatrol en buigpees
- Straalbeenligamenten
- Hoefbeen (onderste bot voetgewricht)
- Kroonbeen (bovenste bot voetgewricht)
Vaak wordt hier naar gerefereerd als het ‘hoefkatrolsyndroom’. Dit komt meestal voor bij één of beide voorbenen.
Hoe komt je paard aan deze pijnlijke aandoening?
Wil je hulp bij het trainen van je paard?
Renske van Paarden Pro kan je helpen met verschillende onderdelen:
Oorzaken hoefkatrolontsteking
Het ontstaan van hoefkatrolontsteking heeft doorgaans te maken met chronische overbelasting of gebrek aan doorbloeding van de hoef. Hierbij treedt slijtage, ontsteking of beide op in het gewricht, de pezen, de ligamenten of het bot.
Hoe komt dit tot stand?
Hoefmechanisme
Het hoefmechanisme is ontzettend belangrijk voor de gezondheid van de benen en hoeven. Wanneer de hoef op de grond wordt neergezet, wordt deze door de druk van het lichaamsgewicht iets wijder. Deze ruimte zorgt ervoor, dat er bloed vanuit de aderen in het been de hoef ingetrokken wordt.
Tilt het paard de hoef weer op, dan vernauwt de hoef weer. Hierdoor wordt het bloed juist afgevoerd, vanuit de voet terug omhoog.
Dit is een grote hulp om het bloed door deze uithoek van het lichaam te stuwen. Je kunt dus begrijpen, dat voldoende beweging hierdoor niet alleen belangrijk is voor de conditie van je paard. Ook voor zijn bloedtoevoer!
Staat je paard teveel stil, dan worden belangrijke delen van de hoef niet goed doorbloed. Dit kan problematiek zoals een hoefkatrolontsteking veroorzaken.
Deze aandoening kan ook veroorzaakt worden door ijzers. De voet kan hierbij weinig tot geen mogelijkheid krijgen om uit te zetten, door de onvermurwbare ijzeren rand. Hierdoor kan het hoefmechanisme niet (goed) functioneren.
Hiernaast gaat je paard op ijzers anders lopen, waardoor er overbelasting bij de hoefkatrol kan ontstaan.
Hoefvorm
Bij verkeerd management van de voeten, kunnen deze een afwijkende vorm aannemen. Bij langdurige stalling op een natte of drassige grond, kan de hoef week worden. Hierdoor staan de onderdelen niet meer strak tegen elkaar en krijgt de hoef een plattere en wijdere vorm.
Ook smalle, lange voeten kunnen voor overbelasting zorgen. De voorwaartse, rollende beweging van de voet wordt hierdoor verlengd. Dit zorgt op zijn beurt voor meer belasting van de pees en het hoefkatrol.
Hoefhouding
Mogelijk wordt de ontwikkeling van hoefkatrolontsteking ook beïnvloed door erfelijke factoren. De bouw van een paard wordt namelijk doorgegeven via genetisch materiaal. Heeft het paard een afwijkende beenstand, dan kan dit het bot van de hoefkatrol aantasten.
Plaatsing van de hoef
We zien tegenwoordig vaak paarden die niet meer netjes in de ontspanning van de nek en rug gereden worden. Trekt men de nek vanuit de voorkant in een krul, dan heeft dit effect op de rug- en nekwervels. Hierdoor treedt spanning op in de borst en schouders.
Zo kan het paard zijn voorbenen niet goed meer strekken, waardoor hun stappen op de voorzijde van de hoef terecht komen. Dit gebied heet de ’toon’ van de hoef. Deze manier van lopen zorgt voor overbelasting in het hoefkatrolgebied.
Nog een nadeel van het ingetrokken, gekrulde rijden is de verdeling van het gewicht. Omdat het paard zichzelf bij incorrecte, valse nageeflijkheid moeilijker kan dragen vanuit de achterhand, zal hij meer op de voorhand gaan lopen.
Hierdoor kan wederom de pas vanuit het voorbeen niet voldoende afmaakt worden. Zo belandt het paard op de toon van de voet, wat tot overbelasting leidt.
Symptomen van hoefkatrolontsteking
Doorgaans merken we een hoefkatrolontsteking bij ons paard door een terugkerende of aanhoudende kreupelheid. Dit hoeft echter niet als een paal boven water te staan.
Bij lichte tot middelmatige vormen van hoefkatrolontsteking, zien we namelijk dat het paard na een gewone of juist zware training afwijkend loopt. Deze kreupelheid kan echter weer overgaan, zodat het probleem opgelost lijkt.
Ook kun je gevoeligheid op harde ondergronden zien, evenals pijn bij impact zoals de landing na een sprong. Ook wendingen kunnen gevoelig zijn, door de extra belasting van het gewricht.
Treedt er schade op in het hoefkatrolgebied, dan kan het lichaam hierop reageren met ontsteking. De hoef zal hierbij warm aanvoelen en zwellen. Dit is echter niet bij alle vormen van hoefkatrolontsteking waar te nemen.
Diagnose stellen bij je paard
Om de juiste diagnose te stellen, zal de dierenarts eerst het paard op harde, vlakke grond willen zien lopen. Over het algemeen maakt het paard hierbij kortere passen. Ook gaat hij slechter lopen naarmate de tijd op harde ondergrond verstrijkt.
Vervolgens zal de arts buigproeven doen aan beide voorbenen, om te kijken wat er wel en niet meer mogelijk is.
Vaak vertonen dieren met een hoefkatrolontsteking signalen van pijn tijdens dit buigen. Zit de problematiek in de diepe buiger, dan zal er ook warmte en zwelling aan de zijkanten bij de kroonrand zitten.
Vermoedt de arts hoefkatrolontsteking, dan zal de aangedane voet verdoofd worden. Oogt het paard vervolgens pijnvrij, dan heb je grote kans dat je de boosdoener gevonden hebt. Loopt het paard echter ineens aan de andere zijde (ook) kreupel, dan kan het probleem aan beide voorbenen bestaan.
Vervolgens wordt een röntgenfoto gemaakt om het straalbeen en enige vorming van artrose (slijtage van het gewricht) in beeld te brengen. Een echo of MRI kan bijdragen voor een inzage van de wekere delen, zoals de pezen, ligamenten, slijmbeurs en het kraakbeen.
Behandeling van hoefkatrolontsteking
De behandeling en prognose van het probleem hangt samen met de bevindingen van de arts tijdens de diagnosetesten.
Heeft het paard schade opgelopen aan de pees, dan kan dit met rust, pijnstillers, aangepast beslag en een specifiek, licht bewegingsplan herstellen. Dit kost echter veel tijd.
Is er schade aan het straalbeen of het hoefkatrol, dan kan dit niet verholpen worden. Het paard krijgt hierbij ontstekingsremmers, pijnstilling en aangepast beslag om de belasting zo klein mogelijk te maken.
In plaats van aangepast beslag kan het paard soms ook op een speciale manier bekapt worden. Deze mogelijkheid dient altijd met een hoefsmid besproken te worden en door hem uitgevoerd te worden.
Voor een succesvolle behandeling dient echter het hele paard onder de loep genomen te worden. Er is problematiek in de voet, maar waar is deze door ontstaan? Bij problemen in bijvoorbeeld de rug of beenstand, zal het behandelde probleem namelijk snel terugkeren.
Neem hierbij altijd intensieve begeleiding van een dierenarts of osteopaat aan.
Hoefkatrolontsteking bij je paard voorkomen
Hoefkatrolontsteking vormt een serieuze dreiging voor het welzijn van je paard. Zijn de problemen te vergevorderd of uitgebreid, dan is de kans op genezing klein.
Hoe voorkom je deze akelige situatie?
Ten eerste is correct management rond je paard uitermate belangrijk. Denk hierbij aan droge, hygiënische huisvesting met voldoende zonlicht en frisse lucht. Ook dient je paard voldoende beweging te krijgen in de vorm van weidegang en training.
Dit brengt ons tot het volgende belangrijke punt. Het correct trainen van het paardenlichaam is geen eitje. Laat je daarom altijd goed begeleiden en opleiden bij het werken met je paard.
Zowel grondwerk als rijden moet doordacht, voorzichtig en systematisch gebeuren. Twijfel je? Neem dan altijd contact op met een professional.
Hiernaast is een stevige maar verende ondergrond van groot belang tijdens de training. Zo voorkom je overbelasting, door de trekkende beweging van mul, diep zand of juist herhaalde, harde klappen op de hoef.
Wil je hulp bij het trainen van je paard?
Renske van Paarden Pro kan je helpen met verschillende onderdelen: