Top 8 stalgebreken bij het paard

stalgebreken paard kribbebijten

Stalgebreken zien we tegenwoordig vaak bij onze paarden.

Het paard probeert controle over zijn problemen te krijgen, door een bepaalde gedraging continu te herhalen. Dit kan er heftig aan toe gaan.

Waarom ontwikkelt een paard stalgebreken?

Kan dit weer overgaan?

En welke gedragingen zien we het meest?

In dit artikel vertellen we je alles over dit gedragsfenomeen.

Oorzaken van stalgebreken

Stalgebreken zijn veelal stereotype gedragingen en worden ook wel “stalondeugden” genoemd. De uiting van dit gedrag lijkt doelloos, maar wordt door het paard herhaaldelijk en vaak zeer geestdriftig uitgevoerd.

Toch heeft dit gedrag een functie. Het paard uit dit als een copingstijl, een manier van omgaan met problemen. Deze problemen hebben vaak met het volgende te maken:

  • Angst
  • Pijn
  • Problemen met de spijsvertering
  • Seksuele frustratie
  • Sociale isolatie
  • Stress

Vaak zien we deze problemen ontstaan in een tekort van primaire behoeften. Zo krijgt het paard bijvoorbeeld niet het juiste voer, geen of te weinig vrije beweging en te weinig of verkeerd sociaal contact (met soortgenoten).

De naam ‘stalgebreken’ komt dan ook voort uit het feit dat paarden dit vaak uiten tijdens opsluiting (zoals in de stal) of wanneer ze niet vrij kunnen bewegen (zoals vastgebonden aan het halstertouw).

Vaak oogt de gedraging in het begin onschuldig. Om met het spanningsniveau in het lichaam om te gaan, zal het paard echter een typische gedraging herhaald gaan uitvoeren.

Hierdoor wordt in het brein het stofje endorfine aangemaakt, wat het paard verdooft. Dit biedt rust, maar werkt helaas verslavend. Zo kan het voorkomen dat een paard urenlang bezig is met één beweging, wat effect heeft op de gezondheid.

Het woord ‘stalondeugd’ klinkt dan wel onschuldig, maar het kan flinke gevolgen hebben voor het paard.

Mentaal raken ze verslaafd aan de endorfine en zijn tijdens het verkrijgen hiervan geestelijk nauwelijks bereikbaar. Fysiek kunnen ze uitgeteerd raken, omdat ze vergeten om te eten of drinken en door enorme (in)spanningen.

Wil je hulp bij het trainen van je paard?

Renske van Paarden Pro kan je helpen met verschillende onderdelen:

Top 8 Bekende stalgebreken

Er komen helaas veel verschillende stalgebreken voor bij onze paarden. In dit artikel zetten we de 8 bekendste ondeugden op een rij.

1. Weven

Weven is een van de bekendste stalgebreken. Hierbij leunt het paard op de voorhand, waarbij hij herhaaldelijk naar links- en rechts hangt. De uiting hiervan kan variëren van een zacht wiegen tot een soort gooien, waarbij het paard bijna omvalt.

Hierbij komt er flinke druk op de schouders, gewrichten, pezen en hoeven te staan. Dit kan tot slijtage en ontstekingen leiden.

2. Luchtzuigen en kribbebijten

Deze twee stalondeugden hebben sterke overeenkomsten en worden daarom vaak in één adem genoemd. Bij luchtzuigen plaatst het paard zijn hoofd in een apart houding, waarna hij op een korte en felle manier lucht zijn lichaam binnen zuigt.

Dit gaat gepaard met een vreemd geluid, dat klinkt als een inwaartse “boer”.

Bij kribbebijten wordt ook lucht gezogen, maar niet voordat het paard zijn tanden op een harde rand of stevig voorwerp geplaatst heeft. Denk hierbij aan de boxrand of voerbak, maar in ernstige gevallen is een paal in het voorbijgaan ook genoeg.

Bij deze gedraging zien we vaak typische slijtage aan de tanden, vooral aan de voorste tanden van de bovenkaak.

3. Boxlopen

Met boxlopen legt het paard op een flink tempo herhaaldelijk dezelfde route af. Dit kan heen en weer zijn, langs de boxdeur of uitgang van de wei. Maar ook cirkels worden gezien, die af- of ingesleten patronen vormen in de grond of bodembedekking.

Dit kan tot overbelasting zorgen, maar ook tot vermagering. Vaak heeft het paard namelijk geen oog voor eten en drinken, terwijl hij veel beweegt en erg bezweet raakt.

4. Trappen

Trappen, algehele onrust en soms zelfs bokken en steigeren in de stal zien we vaak optreden rond voertijd. Het paard voelt dat het moment eraan komt, maar kan er niet mee omgaan dat het nog niet zover is.

En wat als hij vergeten wordt?! Dan moet je aandacht trekken!

Vaak trapt het paard hierbij tegen de boxdeur of wand en kijken ze heel lelijk als je langs loopt. Soms wordt er zelfs met de tanden langs de tralies geschraapt, wat een naar, metaalachtig geluid maakt.

5. Hoofdschudden

Bij deze stalondeugd staat het paard herhaaldelijk met zijn hoofd te schudden. Hierbij lijkt het alsof hij bijvoorbeeld vliegen wil verjagen of geestdriftig “Nee” staat te gebaren.

Het hoofdschudden kan namelijk verticaal, maar ook horizontaal uitgevoerd worden.

6. Zelfmutilatie

Zelfverminking is een ernstige vorm van stalgebreken, waarbij het paard de spanning op zichzelf richt. Hierbij kunnen ze zich gedragen alsof ze bijvoorbeeld erge jeuk hebben. Ze gaan dan herhaaldelijk zichzelf bijten, tot bloedens toe.

Dit ziet men vaak bij de schouders, flanken, onderbenen en borst voorkomen.

7. Tandenknarsen

Wanneer een paard met zijn tanden knarst of de hele tijd aan het rommelen is met zijn lippen, tong en mond, kan dit stereotiep gedrag zijn. Dit kan problemen in de mond aangeven, dus laat je paard hier altijd op controleren.

Tandenknarsen kan ook een uiting van pijn of ongemak zijn. Het is een langgerekt of juist kort, herhaald en behoorlijk akelig geluid. Vaak gaat dit gepaard met toegeknepen ogen en naar achter gedraaide oren.

8. Schrapen met de voorbenen

In hun furie schrapen sommige paarden hele kuilen in de grond of halen ze de hele box overhoop. Vaak zien we bij deze dieren behoorlijke slijtage aan de voorzijden van de hoeven. Soms gaat dit gepaard met hard stampen.

Afleren van stalondeugden

Is je paard eenmaal verslaafd, dan is het afleren van een stalondeugd zeer moeilijk. Door de endorfine is dit namelijk wat we noemen “zelfbelonend” gedrag. Daarom blijft het vaak bestaan, ook al is de oorzaak geïdentificeerd en weggenomen.

Het beste middel hiertegen, is rust en geduld. Word nooit boos wanneer het paard de stalondeugd vertoont, hierdoor krijgt hij alleen maar grotere behoefte om het gedrag te uiten.

Om deze reden is het belangrijk om het management rond je paard zo in te richten, dat je stalgebreken zo goed mogelijk voorkomt. Vaak ontstaan deze, doordat je paard niet (voldoende) in zijn natuurlijke behoeften voorzien wordt.

Wanneer je de primaire wensen van je paard respecteert, is de kans op het ontwikkelen van stereotiep gedrag aanzienlijk verminderd.

Denk hierbij aan de volgende 6 punten:

  1. Zorg voor een goede kwaliteit ruwvoer (ad libitum) en schoon, vers water
  2. Geef je paard dagelijks weidegang en voldoende bewegingsruimte
  3. Plaats je paard in een kudde waar hij goed in past
  4. Verstrek veel mogelijkheden tot sociaal contact, maar met vrijwillige afzonderingsopties
  5. Voorkom verveling
  6. Gun je paard voldoende tijd bij veranderingen zoals groepssamenstelling, afspenen of verhuizing

Wil je hulp bij het trainen van je paard?

Renske van Paarden Pro kan je helpen met verschillende onderdelen: